Menu

Koplopers en enthousiastelingen

Voor aannemingsbedrijf Van Gelder is Van Werven zeker geen onbekende. Al jaren is er een langdurige samenwerking tussen de twee bedrijven bij groot grondverzet en andere grote projecten. “We passen goed bij elkaar en hebben een dezelfde cultuur en vullen elkaar goed aan. We zijn heel tevreden met elkaar.” Aan het woord is Remco Kok, manager duurzaamheid, innovatie en transitie bij Van Gelder. De goede relatie die hij benoemt, is de basis voor de verdere samenwerking tussen de twee partijen als het gaat om emissievrij werken.

Als Remco kijkt naar de toekomst ziet hij samenwerkingen zoals die met Van Werven als essentieel: “Als we kijken naar de doelstellingen voor 2030 en 2050 op het gebied van duurzaamheid, dan gaan we dat niet alleen redden. Daarvoor is samenwerking in de keten nodig.” Veel opdrachtgevers van Van Gelder zijn overheidsinstanties. “Die moeten iets met die doelstellingen en wij willen daar graag aan meewerken, maar dan wel samen met anderen.”


Dure keuzes

Want laten we eerlijk zijn, duurzamere keuzes maken vraagt vaak meer van de portemonnee. Daarin moet ieder bedrijf keuzes maken, anders houd je het hoofd niet boven water. “Wat ik mooi vind aan Van Werven is dat ze bereid zijn om te investeren. Ze zijn daarin net als Van Gelder echt een koploper.”
Een mooi voorbeeld van een samenwerking tussen Van Gelder en Van Werven is de volledig elektrische asfaltset van Van Gelder. “Toen we daar mee begonnen had die een accuduur van 4 uur. Dat is te kort voor een volledige dagproductie. We zijn toen samen met Van Werven gaan kijken naar een oplossing met accuboxen en in de bouwvak van 2023 hebben we dat werkend gekregen. Nu staat er een accubox op de transportwagen van de asfaltset. Zo kan hij tussendoor even een shot stroom halen en weer door.”


Koudwatervrees

Wat Remco wel merkt is dat er toch wel veel koudwatervrees is. “Zonder dat ze het soms gezien hebben of ermee gewerkt hebben, lijken sommige mensen al te weten dat het nooit zo goed kan zijn als de oude dieselvariant. Maar in de praktijk zegt eigenlijk iedereen die ermee werkt dat het gewoon net zo goed gaat. En daarom heb je dus die pioniers nodig, die nieuwsgierig zijn en het gewoon gaan proberen. Je moet dan buiten de kaders durven te denken en ook soms je neus durven stoten. Dat hoort erbij.”


Anders leren kijken

De samenwerking die Remco ziet, zit niet alleen tussen de aannemers en onderaannemers, maar zit ook bij de opdrachtgevers. “Ze hebben net als wij duurzaamheidsdoelen en ambities, maar helaas constateren wij dat toch vaak keuzes worden gemaakt op basis van budgetten en prijzen en wordt de duurzaamheidambitie ondergeschikt.” Daar valt volgens Remco nog veel winst te behalen. Daarnaast moeten opdrachtgevers ook anders naar de totstandkoming van opdrachten gaan kijken. “Als je toekomstbestendig wilt investeren, dan moet je daarin ook echt gebruik maken van de kennis en kunde van de aannemers en andere uitvoerende partijen.”
 

Als voorbeeld noemt Remco de  voorbereidingstijd die er vaak niet is voor een project. “Als wij op tijd weten dat er een project aankomt, dan kan er heel veel geregeld worden. Dan kan ik de best passende machines zoeken en inplannen, materiaal kiezen en alternatieven die duurzamer zijn uitzoeken, stroomvoorzieningen en laadoplossingen regelen. Als wij samen met de opdrachtgever en onze partners  de tijd krijgen, dan weet ik zeker dat we het voor elkaar kunnen krijgen. Maar nu kunnen projecten soms jarenlang op de plank blijven liggen en dan moeten ze opeens binnen een maand in uitvoering.” Daar is echt nog een wereld te winnen. Remco: “Vertrouw erop dat de markt met mooie en concrete oplossingen komt. En daarin moeten we dat vertrouwen ook samen gaan bouwen, door transparantie, een open boekhouding en eerlijke prijzen.”


Wat kan er wel?

De nabije toekomst is volgens Remco niet emissievrij, maar emissiearm. “We blijven echt voorlopig  nog wel brandstof gebruiken. We kunnen niet in een keer helemaal om. Maar wat kan er wel emissieloos? Dat is een veel belangrijker vraag!” En als het aan Remco en Van Gelder ligt, blijven we de komende jaren met elkaar zoeken naar het beste antwoord op die vraag.